Een signaleringsplan is een hulpmiddel om cliënten te helpen ondersteunen die een dreigende terugval kunnen krijgen of om te herkennen en te voorkomen. Het wordt vooral gebruikt bij psychische en psychiatrische aandoeningen. Dit wordt ook wel een noodplan genoemd.
Iedere cliënt heeft andere waarschuwingssignaal waaraan hij kan merken dat er een dreigende terugval aan komt. De cliënt leert met behulp van zijn signaleringsplan zijn gedrag onder controle te krijgen doordat hij vroeg herkenning krijgt van zijn waarschuwingssignalen. De cliënt kan hierdoor leren hulp te vragen als hij uit balans raak. Het signaleringsplan dient ervoor te zorgen dat een psychische crisis voorkomen kan worden.
Samenwerking:
Een signaleringsplan wordt opgesteld door de persoonlijke begeleider van de cliënt. Dit wordt gedaan samen met de cliënt. De partner,familieleden en/of andere mensen van de cliënt in zijn omgeving bij het signaleringsplan worden betrokken. Dit kan helpen omdat ze kunnen helpen bij het bieden van goede hulp.
Belangrijk is voordat je een signaleringsplan gaat op stellen dit met de behandelaar van de cliënt kort te sluiten. Dit is om na te gaan of er goede argumenten zijn voor het opstellen van een signaleringsplan.
Het signaleringsplan bestaat uit twee delen:
1. Een beschrijving van vroege voortekenen van een terugval. Deze zijn vaak een aantal dagen of weken voor de terugval zichtbaar. Deze kunnen als een waarschuwingssignaal opgevat worden.
2. Een actieplan. Dit is een beschrijving van wat ze het beste kunnen doen wanneer er een terugval dreigt.
Het is belangrijk bij het opstellen van een signaleringsplan is dat er geen uitvoerige beschrijvingen op staan.
Steekwoorden of korte zinnen zijn voldoende om te weten wat er wordt bedoeld. Het aantal signalen dient tussen de 3 en 5 te liggen per fase. De actiepunten zijn bij voorkeur niet meer dan drie omdat uit de praktijk blijkt dat ze anders in verwarring raken en niet meer weet welke actie ze nu eigenlijk moeten nemen.
In het signaleringsplan worden 3 fases in de kleuren groen,oranje en rood beschreven.
Hierbij denk je aan een stoplicht.
De groene fase is: Het gevoel van de cliënt: dit is dan goed. Dit is de evenwichtige fase,de cliënt voelt zich stabiel
De oranje fase: Het gevoel van de cliënt : Twijfel/onrust. De fase van beginnende terugval en verdere ontregeling. De eerste voortekenen spelen op zoals slechter slapen,sneller geïrriteerd raken.
De rode fase: Het gevoel van de cliënt: Crisis/paniek: De crisisfase
Bij het opstellen van het signaleringsplan wordt ook aandacht besteed aan de stress- en beschermende factoren van de cliënt.
De bovenvermelde fases en de stress- en beschermende factoren worden in een overzichtelijk schema ingevuld na de afname van de vragenlijst voor het opstellen van een signaleringsplan.